Hall in Tirol is een van de populairste toeristische bestemmingen dankzij de charmante oude stad met zijn smalle straatjes en buitengewone kerstmarkt. Een wandeling door de stad doet ook een beetje denken aan kleine Italiaanse plaatsjes. De aandacht voor detail is op veel plaatsen duidelijk zichtbaar.
De lange geschiedenis gaat terug tot de 13e eeuw, toen Hall een belangrijke handelsstad werd dankzij de zoutwinning. Dit wordt ook weerspiegeld in het wapen van de stad, dat twee leeuwen met een vat zout voorstelt. De naam "Hall" zelf verwijst naar de nauwe band van de stad met de zoutwinning.
Later, toen in Schwaz in de 15e eeuw met de zilver- en koperwinning werd begonnen, werd de muntslag van Meran in Zuid-Tirol verplaatst naar Hall en werd de stad het muntcentrum van Tirol. Hall behoorde tijdens deze tijd tot de belangrijkste steden van de Habsburgers. Getuigenissen uit de roerige geschiedenis zijn overal in de stad te vinden – en wie goed kijkt, merkt niet alleen de grote sporen uit het verleden op, maar ontdekt ook kleine details die vaak met moderne en nieuwe elementen gecombineerd zijn en daardoor dubbel zoveel indruk maken.
Hoe begin je een ontdekkingsreis door Hall? Het beste doe je dat op de klassieke manier, met het voor de hand liggende: de Münze Hall en het kasteel Hasegg. Op weg naar de Münze Hall bevindt zich een opgraving. Hall is momenteel bezig met de aanvraag om als UNESCO Werelderfgoed opgenomen te worden. Een team van archeologen en vrijwilligers is nu op zoek naar resten van de aandrijfsystemen van de rolpersmachines, die uit de 16e eeuw zouden kunnen stammen.
De kleine stad Hall was in de 15e en 16e eeuw van groot belang voor de economie van Europa: Enerzijds was daar de wereldwijde verspreiding van de Taler uit Hall – de belangrijkste valuta's ter wereld, zoals de Amerikaanse dollar en de yen, zijn zelfs afkomstig van de Taler – en anderzijds de ontwikkeling van de rolpers-techniek. In Hall werd de rolpersmachine zelfs verder ontwikkeld voor massaproductie en kon deze geëxporteerd worden – en dat al in de 16e eeuw, 200 jaar voor de industriële revolutie.
In de moderne tentoonstellingszalen van het Museum der Münze van Hall zijn verschillende munten te zien, want alle heersers lieten hun geldstukken slaan met hun beeltenis. Deze werden zelfs aangepast aan hun gevorderde leeftijd. Daar zou je vandaag de dag aan moeten denken: Bij elke kanseliers- of presidentswissel zouden alle munten weer vervangen moeten worden.
De tentoonstelling laat onder andere de felbegeerde Maria Theresia-daalder zien, die tot ongeveer 1945 de officiële munteenheid was in delen van Afrika. Deze munt heeft ook reliëf op de zijkant en was bijzonder fraudebestendig. Vandaag de dag slaat de Hall Münze nog steeds munten voor speciale gelegenheden en ontwerpen op maat - en bezoekers kunnen natuurlijk ook hun eigen munt mee naar huis nemen.
Op de binnenplaats van het kasteel loont het de moeite om omhoog te kijken naar de kasteeltoren. In samenwerking met de Alpenzoo worden in de kasteeltoren torenvalken grootgebracht. Medewerkers van het museum zorgen voor de vogels en voeden ze. De dieren kunnen via een webcam worden gevolgd en vliegen af en aan door de kleine ramen.
Het oude stadscentrum wacht erop om verkend te worden. Op het lager gelegen stadsplein springt de Sigmundfontein in het oog. De fonteinfiguur die aartshertog Sigmund van Tirol voorstelt (hij verplaatste de muntslag naar Tirol en liet de eerste daalders slaan) is gemaakt door de Linzer kunstenaar Rudolf Reinhart. De inscriptie laat je glimlachen: "Sigmund de Muntrijke – van Reinhart de Muntarme."
De speciale winkelborden, fonteinfiguren en straatnaamborden van metaalbeeldhouwer Reinhart zijn overal in de stad te bewonderen. Veel van zijn sculpturen zijn ook te zien in de Diana Bar van het traditionele restaurant "Goldener Löwe" (op de Oberer Stadtplatz).
De weg naar het bovenste stadsplein, dat via acht steegjes bereikbaar is, voert langs Café Lizette: net als in de etalage kun je hier van je koffie genieten, terwijl je altijd zicht hebt op de drukte en het gewoel in het steegje.
Het bovenste stadsplein is het hart van de oude stad. In de schaduw van de machtige parochiekerk van St. Nicolaas nodigen gezellige koffiehuizen je uit voor een pauze - het voelt hier een beetje alsof je in Italië bent. Tip voor koffie met gebak: De Weiler patisserie is beroemd in Hall, en niet alleen om zijn Haller Törtchen.
Het stadhuis troont vlak naast de parochiekerk: onmiskenbaar met zijn steile dak en rood-wit-rode luiken waakt het over het plein. Het stadhuis herbergt de raadzaal, die ook wordt gebruikt als trouwzaal. De Magdalenakapel, die zich aan de oostkant van de parochiekerk bevindt, is ook een bezoek waard. Binnen kun je gotische kunstwerken bewonderen, waaronder de oudste fresco's in Hall.