De laatste wandeldag nadert en belooft een schitterend einde van de tocht. De zogenaamde koninklijke etappe vergt weer alles van de langeafstandswandelaars: 1.160 meter bergop en een pittige 2.600 meter bergaf. Vandaag hebben we 9,5 uur (wandel)tijd om de tocht samen te vatten. In het dalstadje See geven we onszelf een schouderklopje. Wat een week, wat een monumentale afsluiting.
Moeilijke, energievretende etappe over zwarte bergpaden. Ervaring in de bergen en goede tred zijn vereist. Je moet ook een zeer goede conditie hebben en een goede looptechniek voor bijna 10 uur wandelen.
Vanaf de Edmund Graf hut leidt de eerste beklimming van de etappe naar het Kappler Joch op 2.672 meter hoogte. Hier begint langzaam de cirkel rond te worden - de eerste etappes verschijnen aan de andere kant van het dal. De verdere afdaling leidt naar de schilderachtige Blankaseen-meren en de Durrichalpe, een van de mooiste plekken in Paznaun. De volgende zware beklimming via het alpenpad naar de Spiduralpe op 2.120 meter kan worden beloond met een korte rustpauze op de alm. Vanaf de alm leidt het pad naar de Niederjöchl op 2.346 m, vanwaar je een mooie bergkam volgt naar de Pezinerspitze op 2.550 m. De Pezinerspitze is de laatste top en biedt een prachtig uitzicht in alle richtingen. Je kunt genieten van het terugkijken op sommige etappes die je hebt afgelegd. De afdaling gaat over de noordzijde met uitzicht op Strengen in het Stanzertal, langs de Kleingfallalpe naar Falgenair. Daar buigt het pad weer af richting het Paznaun-dal en na de eerste gehuchten van See bereik je via de weg het eindpunt van de etappe in het dorp See.
Etappe 9: Königsetappe
****